Het einde van een jaar, de afronding van een continent. De laatste blog en nog één avontuur te delen met jullie…
Vanuit Salento kiezen we ervoor om nog een prachtige plek in de koffiedriehoek aan te doen. Filandia. Evenals Salento worden de straten gesierd door de prachtige kleurrijke oud koloniale huizen. Vanuit hier fietsen richting Pereira en Manizales. Beiden grotere steden in Colombia waar Pim een heuse barbier treft die met een massage toe zijn baard weer in model brengt. Terwijl ik de volgende avond met onze verbandschaar met mijn haar aan de slag ben. Tja, verschil moet er wezen…!
In Manizales volbrengen we mede dankzij een enthousiaste taxichauffeur nog een bijna onmogelijke opdracht. Nieuwe fietsschoenen voor Pim. Na een jaar fietsen en bijna 11.000 kilometers hebben ze het toch echt opgegeven. Maar ga maar eens fietsschoenen maat 46 vinden in een land waar men regelmatig schrikt van onze afmetingen. We stappen een taxi in en vertellen de chauffeur onze missie. Hierop wordt hij zo enthousiast dat hij ons de hele stad door rijdt. Onderweg pikken we zijn zus en haar baas op en samen discussiëren we druk over de beste mogelijkheden. Aangekomen bij een fietsenwinkel blijkt hij over meer servicekwaliteiten te beschikken en knielt onze taxichauffeur voor Pim neer om de schoenen aan te geven en aan zijn voet te schuiven. Uiteraard te klein sommeert hij ons zijn taxi weer in te stappen waar zijn zus op ons wacht en rijden we met z’n allen met groot enthousiasme op de volgende fietsenwinkel af. Zo rijdt hij ons anderhalf uur Manizales door tot we een winkel hebben gevonden waar ze Pim zijn schoenen in de juiste maat kunnen bestellen. Met een high five nemen we lachend en uiteraard betalend afscheid van deze man. De rekening…omgerekend vijf euro!
Met schitterende nieuwe stappers kunnen wij de volgende dag ons avontuur beginnen. Het jaar willen we in stijl afsluiten. In stijl betekent in Zuid-Amerika dat er ten minste een goede berg bedwongen mag worden. Het liefst over een onmogelijk te fietsen pad en zo afgelegen dat er zelfs nagenoeg niemand wil wonen. In plaats van een prima lekker geasfalteerde weg, kiezen wij ervoor om Los Nevados parque nacional in te fietsen. We koersen af op de vulkaan Nevado del Ruiz die het aangezicht van het park vormt. Ze ligt op 5300 hoogtemeters en is nog zeer actief.
We fietsen vlot de stad uit en slaan rechtsaf het zandpad in. En gelijk halen wij weer adem. Geen verkeer, geen uitlaatgassen maar schitterende natuur en een klein kronkelweggetje die ons naar de top op 4300 hoogtemeter zal leiden. In onze routevoorbereiding zien we dat we nogal wat aangaan wederom. Van 2000 hoogtemeter naar zo’n 4300 met veel rode hellingen. Rood betekent verdomd stijl. En dat weten we op dag één. Onderaan de berg worden we nog omringd door schitterende boerderijtjes en hoe hoger de weg ons vervoert hoe desolater de omgeving. Maar één fantastisch vooruitzicht helpt ons de laatste meters lachend onze fiets omhoog te duwen. We slaan de laatste bocht om en stuiten op een houten keet. Goed verpakt in plastic om het waterdicht te houden is dit het huisje van een onwijs vriendelijke dame die God meermaals dankt dat wij zijn aangekomen. Ze heeft haar plek omgetoverd tot simpele camping met een uitgegraven gat dat als natuurlijk thermaal bad doorgaat. We laten onze vermoeide lijven met plezier in het hete water glijden terwijl Pietertje op wacht zit. Pietertje onze hond voor een dag. Deze vriendelijke baas kruiste onze weg en besloot vrolijk met ons mee te wandelen. Bij elke stop bleef hij rustig voor onze fietsen liggen tot wij weer zo ver waren verder te gaan. Uiteraard delen wij een pastamaaltijd met Pieter. En gelukkig waren wij het gloeiend eens. Deze crème kippensoep met penne erin gekookt kreeg ik nauwelijks weg. En hoewel Pieter toch erg moe moet zijn geweest van zijn inspanning trok ook hij vieze gezichten. Van wat hooi maken wij een heerlijke kuil voor hem om in te liggen en om de vrieskou te doorstaan bedekken we Pieter met een lekkere laag. Tevreden knorrend valt hij in slaap.
Wanneer wij ’s ochtends ons tentje uit kruipen zit Pieter al klaar voor onze fietsen. En ik heb mijn ochtend niet. Terwijl Pim het nog voor elkaar krijgt om nagenoeg alles fietsend te volbrengen ben ik mijn monster van 50 kilo vaker dan me lief is omhoog aan het duwen. Rond de 3500 hoogtemeter voer ik een ernstig gesprek met Pieter. Waar het op neer komt is dat ik hem vertel dat we helaas echt niet voor hem kunnen zorgen, en hij beter een andere baas kan zoeken. Of het nu dit gesprek was of het feit dat Pieter echt geen zin meer had in de klim weten we niet. Met een vrolijke kef nam hij afscheid en keerde terug naar beneden. Pas tegen 16:30 bereiken wij het hoogste punt. En aangezien er geen enkele goede slaapplek te vinden is zetten wij door. Met nog anderhalf uur licht verwachten we net na het donker in een dorpje aan te komen. Helaas foute kien! De weg aan de andere zijde is zo slecht begaanbaar met enorme keien dat we met zo’n 7 a 8 kilometer per uur afdalen. En langzaam gaat het lichtje uit en bevinden wij ons in het pikkedonker op een afgelegen Colombiaanse weg. In de verte begint het te onweren. Het lijken wel bombardementen. De stilte, de zwarte lucht, ons lampje op een meter voor ons en bij elke onweersflits lijken de bergen in brand te staan. Het doet iets met je gemoed. En hoe dichter wij het dorpje naderen hoe beter wij dat vreemde geluid kunnen thuisbrengen als geweerschoten. En eerlijk is eerlijk, ik word gewoon enorm bang. We overleggen wat te doen en besluiten dat we geen kant op kunnen behalve vooruit. Om de paar minuten horen we de schoten die steeds helderder worden. Er is in uren geen auto of mens gepasseerd..we zijn alleen in het pikkedonker met onweer en geweerschoten. Met de hoogste bloeddruk ooit bereiken we uiteindelijk om negen uur het dorpje. De hele straat is versierd met waxinelichtjes, de mensen dansen op straat en begroeten ons uitzinnig van vreugde. De hosteleigenaar lacht tot tranen toe om ons verhaal. “Nee joh, we schieten hier lekker in de lucht bij elke viering” zegt hij…”Niks aan de hand”.
De volgende dag zetten wij onze afdaling voort over asfalt door de meest schitterende valleien. We zijn omringd door koffieplantages, vrolijk zwaaiende Colombianen en met de wind in de rug. De dagen erna koersen we af op Bogota en doen ons eindpunt in Zuid-Amerika aan. Vanaf hier vliegen we naar de Dominicaanse Republiek om de kerstdagen met mijn vader door te brengen. Onze fietsen zijn volledig gedemonteerd in de dozen, de tassen in aardappelzakken en zo stappen wij het vliegtuig in in Bogota.
Nu genieten we van een heerlijke “vakantie”..Hasta la vista!
Leave a Reply