Het kan me soms ineens overvallen..Nou ja ineens..Snot aan mijn neus en een traan die over mijn wangel biggelt. Soms een kleine hik erbij. Nu was het op een bankje in El Bolson. Een kleurrijk hippiestadje waar mensen ‘s avonds samen op straat dansen. Ik zit op dat bankje brieven te schrijven. Aan de mooiste oma van de wereld en aan de liefste schatten uit Westerhoven. En dan weet ik het echt. Het grootste afzien voor mij zijn niet de bergen en is niet de wind. Het grootste afzien is het missen van al die mensen die ik liefheb. Een vriendinnetje heeft nieuwe gordijnen. Voorheen aanleiding genoeg om “langs” te rijden en een fles wijn open te trekken. Het knapste kleine meisje zet haar eerste stapjes. En oohh wat had ik graag het gezicht van deze trotste moeder gezien. En onze hele grote bierhut vriend beland plots in het ziekenhuis. En dan zou je willen dat je even aan zijn bed kon zitten en z’n meissie knuffelen. Loslaten, een levenslang leeronderwerp voor mij ben ik bang. Ik mis vooral het kleine samen. Het borreltje met oma voor we aan tafel gingen. Het “stiekem” de diepvries leegroven van mam en Wim en zij die het allemaal goed vinden. Het doet zeer en het is goud. Het is niets anders dan het besef hoe rijk we zijn met al deze mooie mensen in onvoorwaardelijke verbindingen.
Op een vieze regenachtige dag vertrekken we uit Futaleufu. Al snel passeren we de grens en zijn we weer in Argentinië. We bevinden ons op ontzettend slecht gravel maar hebben plezier omdat we weten dat we een paradijsje op de weg gaan treffen. Na ongeveer 50 kilometer wordt het even droog precies op het moment dat wij het Toscane van Argentinië binnenrijden. Tussen de wijngaarden ligt daar de camping gerund door Italianen. We krijgen een rondleiding en bij de gekoelde wijnen en italiaanse kazen weten wij genoeg. Ik klets even met di mama en krijg verse groenten voor in onze pasta. (Bij de grens houd je niets over). Even later komt iemand ons zelfgemaakte citroentaart brengen van di mama. ‘S avonds blussen wij dit alles met plezier af met de lekkerste gekoelde witte wijn uit eigen wijngaard.
De zon heeft weer plaatsgemaakt voor fikse wind en hoosbuien. Dit, en de slechte gravel, doen ons besluiten om via het asfalt (ruta 40) richting Bariloche te fietsen. Onderweg vinden we een supermarkt met weegschalen. Om de beurt wanneer de bewaker niet kijkt stappen we op de weegschaal en komen gierend van het lachen naar buiten. Totaalscore…30 kilo in Patagonië achtergelaten. Krijg gelijk zin in patat! We komen aan in Esquel nemen een camping en besluiten wat langer te blijven aangezien er storm op komst is. En als je dan samen zo een dag of twee zit te wachten gaat het toch knagen. De gravel lijkt wat minder erg en hoezo omwille van de snelheid over asfalt wanneer er een prachtige zandweg door een natuurpark gaat. Kortom we krijgen spijt. We fiesten terug en slaan af naar het natuurreservaat Los Arceles. Ze staat bekend om haar betoverd bos en heeft ons helemaal te pakken. Het elfenbos uit The Lord of The Rings is er niets bij. In een slakkentempo rijden we er in twee dagen doorheen en camperen op de meest schitterende plekken in dit kunstwerk van de natuur.
Zoals de dag in de nacht overgaat is het weer 180 graden gedraaid. Plotsklaps fietsen we in 38 graden wat een nieuwe uitdaging vormt om bergop te fietsen. Pim’s fiets is zeiknat en dit keer niet van de regen. Aangekomen in El Bolson genieten we van de lokaal gebrouwen biertjes. We zoeken een camping en vallen moe het tentje in. De volgende dag is het plan alleen even te lunchen in El Bolson en door te gaan richting Bariloche. In de supermarkt kopen we broodjes, ham kaas & komkommer en gaan we op het centrale pleintje aan het water op een bankje zitten. Heerlijk vind ik dat. De dynamiek van de “stad”, een warm briesje, waterfietsende gezinnen voor me (op een echt verschrikkelijk stom plasje). Overigens zijn ze ook drukker met een goede selfie maken dan het plasje rondfietsen. Hilarisch. Regelmatig moeten we op de foto met wildvreemden. Met onze fietsen natuurlijk in innige omhelzingen met vrouwlief. Aan de overkant zijn mensen aan het jongleren en ik…ik heb niets meer nodig. Uren vliegen voorbij en ik schrijf wat brieven. Ik overtuig Pim hier nog even van te genieten en tegen de avond fiesten we weg om echt richting Bariloche te gaan. Ware het niet dat we op een festival terrein terecht kwamen waar een prachtige soulbrother op z’n trommels geweldig geluid aan het procuderen was. Omringd door zijn band, compleet met rauwe stem en fijn gitaarwerk. Wat blijkt. Vanavond is er een gratis festival en hij is de hoofdact. Ruben ‘El Negro’ Rada een beroemdheid uit Urrugay. We kijken elkaar aan, onze ogen glinsteren en in die blik weten we dat wij vanavond eens goed gaan dansen! We zoeken een betaalbare kamer om onze spullen veilig te stellen en genieten van een douche. Het is ook echt zo’n “zwoele zomeravond” dus mijn jurkje aan en huppelend met Pim over straat richting het feestje. In de supermarkt kopen we wat biertjes die we naar binnen smokkelen. Wat maar goed is ook want het podium is gevuld met een optreden van folklorisch dansen. Op de meest verschrikkelijke muziek geven families voor honderden mensen een show weg. De één kijkt er wat blijer bij dan de ander. Met een zakdoekje wildzwaaiend verleid de man de vrouw in een boerenjurk. En zijn voetenwerk, in het midden tussen riverdancing en tapdansen, brengt iedereen behalve ons in vervoering. Nou ja…biertje dan maar. Wanneer alle gezinnen uit El Bolson hun kunsten hebben vertoond wordt het podium tot onze opluchting omgebouwd. En daar is hij dan onze Ruben. Een prachtige donkere volle muzikant compleet met grijs haar en funky bril. Hij neemt plaats achter zijn trommels. En vanaf de eerste inzet van de band staan wij te dansen. Pim die goed heeft opgelet bij de voorgaande optredens, steelt de show met zijn voetenwerk. Tot diep in de nacht dansen we samen op dit Zuid-Amerikaanse geweld.
De volgende ochtend doet het een beetje zeer om de wekker af te slaan om 8:00 om onze fietsen uit het washok te halen voor de poetsvrouw komt. Ik voorzie Pim van een ontbijtje op bed en in schitterend weer fietsen we verder. Dit schitterende weer vraagt erom onszelf aan te passen aan de levenstijl hier. In de ochtend fietsen we. En met het geluk van het merendistrict houden we op het heetst van de dag onze siesta’s aan de meest prachtige meren. Feestjes om verkoelende duiken in te nemen. Tegen het einde van de middag rijden we vaak nog een stukje verder en baad het landschap in een betoverend gouden zonlicht. Tegen de donkerte zoeken we onze slaapplek en etenstijd is op z’n Zuid-Amerikaans niet snel voor 21:00. Wat een voorrecht om zo een tijdje te mogen leven.
Ruta de los siete lagos (de zevenmeren route) is een geweldige route door prachtige berglandschappen, langs azuurblauwe meren, bossen, rivierpartijen. We fietsen door de meest prachtige rotsformaties terwijl we gade geslagen worden door verschillende roofvogels. Ik geloof dat je jezelf er nu wel een voorstelling bij kunt maken. De weg lijkt op een golfslagbad. Ik noem dat een goede intervaltraining. Inmiddels zijn we aangekomen in San Martin de Los Andes. Een heerlijk stadje aan een prachtig meer. We moesten echt proosten hier. In de laatse kilomters hebben we tot twee keer toe een wielrenner ingehaald. Hij compleet in strak pak met dunne bandjes en licht fietsje. Wij volbepakt met onze wegmonsters uiteraard luid bellend wanneer we hem te pakken hadden. Helaas kon hij er niet om lachen en wij destemeer. Hier eindigt voor ons deze prachtige route. En het volgende nieuwe avontuur staat al weer op ons te wachten. We gaan opweg richting het vulkanengebied in Chile. Ik weet niet hoe het met jou zit maar in mijn hele leven heb ik er nog nooit één gezien. En nu…nu krijgen we zelfs de kans om tussen actieve vulkanen te fietsen! Vamos a Chile dus..
Leave a Reply